Oefenvormen·Positiespelen·Positiespelen 2

Positiespel met levels

Het spelprincipe
Het uitspelen van een overtal.

De tekening
In de tekening staan zes rode spelers, zes gele spelers en een blauwe keeper. De gele spelers staan in drie verschillende vakken: in vak 1 staat één gele speler, in vak 2 staan twee gele spelers en in vak 3 staan drie gele spelers.

De oefenvorm
Het rode team is het aanvallende team en moet proberen te scoren. Daarvoor moet in elk afzonderlijk vak minimaal acht keer overgespeeld worden. Er wordt gestart met een 5*1 in vak 1, na acht keer rondspelen gaat het vijftal door naar vak 2 waar 5*2 wordt gespeeld en ten slotte 5*3 in vak 3. Wordt de bal onderschept door een gele speler dan moet rood weer terug naar vak 1. Rood draait door met een wissel.

Geef elk team twaalf pogingen, hoe vaak wordt er gescoord?

Coaching
Aandachtspunten: beheersing van het positiespel, afwerken, de energie die in de oefening wordt gestopt door zowel het verdedigende team als het aanvallende team. Er staat wat op het spel!

Variaties
Enkele variaties:

  • Varieer met het aantal verplichte combinaties voordat het aanvallende team door kan naar een ander vak
  • Speel met tijd: hoe vaak kan een team scoren in een bepaalde tijd
  • Verplicht overspelen naar een ander vak of juist verplicht dribbelen

Heb je vragen/opmerkingen? Laat het me gerust weten!

Veel plezier met deze oefenvorm!

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *