Blogs·Sociale Competenties

Sociale competenties deel 8: leerstijlen van Kolb

Heb je wel eens nagedacht over de manier waarop je als coach training geeft? Specifieker: is de manier waarop je training geeft de meest effectieve manier alle spelers te ontwikkelen? Is het traditionele training geven, waarin de trainer de training voorbereidt, oefenvormen uitlegt, spelers laat voetballen, spelers feedback geeft en bevraagd wel het meest effectief? Aan de hand van een stukje theorie zal ik proberen duidelijk te maken wat ik bedoel.

Definitie
Allereerst even een begripsbepaling; wat verstaan we onder leren? In het ‘Handboek voor Leraren’ (Geerts & Van Kralingen) staat de volgende definitie van leren: een mentaal proces waarbij als gevolg van leeractiviteiten een relatief stabiele gedragsverandering tot stand komt. Ik doe even de aanname dat jij als voetbalcoach je spelers individueel en als team iets wil leren. Hoe doe je dat?   

Leerstijlen van Kolb
De Amerikaanse psycholoog Kolb ontwikkelde in de jaren ’70 een model dat een effectief leerproces weergeeft. Kolb onderscheidt 4 leerstijlen. Met de leerstijlen meent Kolb dat niet iedereen op dezelfde manier leert. Elk individu heeft zijn eigen voorkeuren waarop het beste wordt geleerd. De 4 leerstijlen die Kolb onderscheidt zijn:

  1. Doener. De doener wil experimenteren, ervaren en gaat het liefst z.s.m. aan de slag. Een doener houdt van aanpakken.
  2. Beschouwer. De beschouwer wil een probleem van alle kanten benaderen en goed nadenken. Beschouwers houden niet van snelle beslissingen.
  3. Denker. De denker leert het beste vanuit gestructureerde situaties met theorieën en modellen. Vragen stellen en discussiëren hoort hier ook bij. Denkers willen eerst informatie verzamelen.
  4. Beslisser. De beslisser leert het beste vanuit beknopte regels en principes en wil theorie uitproberen in de praktijk. Beslissers maken een stappenplan.

Mensen zijn vooral geneigd de leerstijl van hun voorkeur te ontwikkelen, aldus Kolb. 

De leervoorkeuren van Ruijters
De Nederlandse Manon Ruijters (expert op het gebied van leren en ontwikkelen) miste bij Kolb het sociale karakter van leren. Daarom heeft ze zelf 5 leervoorkeuren beschreven. De 5 voorkeuren zijn:

  1. Afkijken. Anderen observeren en dit in de praktijk toepassen.
  2. Participeren. Leren door met anderen te sparren.
  3. Kennis verwerven. Bijvoorbeeld door het lezen van een boek.
  4. Oefenen. Niet bang zijn voor fouten maar gewoon doen.
  5. Ontdekken. Leren door iets uit te vinden. 

Het gaat hierbij vooral om de context waarin je graag leert. Een voorkeur ontwikkel je in de loop van je leven en is situatieafhankelijk zijn, de voorkeuren kunnen zich ook ontwikkelen.

En dus?
Wat ik me afvraag is: in hoeverre houden voetbaltrainers rekening met leerstijlen of -voorkeuren van spelers? Sluit een voetbaltraining aan bij hoe alle spelers het beste leren? Als een voetbaltrainer een willekeurige oefenvorm uitlegt op een training en de spelers gaan vervolgens aan de slag, bij welke leervoorkeur van Ruijters sluit dit dan het beste aan? En is dat voor alle spelers dan de ideale manier om te leren? 

Praktijk
Even een praktijksituatie die waarschijnlijk voor veel voetbaltrainers bekend is:

  1. Je wil trainen op een specifieke teamfunctie, laten we zeggen omschakeling naar balverlies
  2. Je zoekt een oefenvorm die gericht is op omschakelen naar balverlies
  3. Je legt de oefenvorm uit op training
  4. Spelers voeren de oefening uit
  5. Je geeft feedback aan spelers over de uitvoering

Welke vragen zou jij je als trainer kunnen stellen, kijkend naar bovenstaande praktijksituatie en de 5 leervoorkeuren die Ruijters beschrijft?

  1. Als je een ‘afkijker’ bent, wil je het liefst anderen observeren en dat in de praktijk toepassen. Hoe leert de afkijker in bovenstaande context?
  2. De ‘participeerder’ spart het liefst met anderen, reacties van anderen helpen het leerproces. Is er tijdens training ruimte om te sparren?
  3. Als je graag kennis wil verwerven, neem je het liefst theorie op. In hoeverre wordt er op het trainingsveld theorie opgenomen? 
  4. Oefenen. De speler die graag wil oefenen lijkt geholpen te worden door deze manier van trainen.
  5. De ‘ontdekker’ leert het liefst door iets zelf uit te vinden. Hoe kan een trainer de ontdekker laten leren?

Als coach wil je als gevolg van leeractiviteiten een stabiele gedragsverandering realiseren bij spelers. Daarbij heb ik het gevoel dat het zwaartepunt op de leerstijl ‘oefenen’ ligt. Bedien jij als trainer/coach elke leerstijl?

Je kan je voorstellen dat het voor trainers nuttig is om te weten wat de leerstijl is van degene die je traint. Weet je dat? En hoe zou je daar op kunnen inspelen? Ik kan bij de verschillende stappen wel een paar manieren verzinnen maar ik ben vooral nieuwsgierig om andere trainers hier tegenaan kijken.

Samenvattend wil ik jou als trainer/coach de volgende vraag stellen: Bedien jij verschillende leervoorkeuren/stijlen?

  • Zo ja, hoe?
  • Zo nee, waarom niet? En zou je dit wel willen?

Vragen/opmerkingen, ik hoor het graag!

Binnenkort deel 9 in de serie over sociale competenties. 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *