Het valt me op dat als het over de rol van voetbaltrainer/coach gaat, er vaak onderwerpen als trainingsstof en tactiek tijdens wedstrijden worden besproken. Onderwerpen die ik zeker interessant vind, echter geeft dit niet een compleet beeld van de rol van de coach. De rol van de trainer/coach behelst namelijk veel meer dan het bij elkaar zoeken van wat oefeningen en deze op een regenachtige dinsdagavond aanbieden. Soms ben je ook kleutermeester, politieagent of amateurpsycholoog om maar eens wat te noemen. Deze rollen zijn in mijn ogen minstens zo belangrijk als die van trainer.
Daarom kan het heel verfrissend zijn je eens te verdiepen in de rollen van de trainer/coach die juist niet inhoudelijk over voetbal gaan. Wat komt er kijken bij coaching als het niet over voetbal gaat? Welke vaardigheden heb jij als coach nodig? Van harte beveel ik daarvoor het ‘HOE-boek voor de coach’ aan van Joost Crasborn. Crasborn is een ervaren coach en heeft een eigen coaching bureau.
Aan de hand van het boek geef ik alvast 3 tips. Uit het boek zou je uiteraard nog veel meer tips kunnen halen.
Luisteren
Door goed te luisteren (en dat is iets anders dan horen wat iemand zegt) weet je wat iemand beweegt en waar hij mee bezig is. Handig handvat voor het luisteren is gebruik maken van LSD, en nee dan bedoel ik vanzelfsprekend niet de hallucinogene drug. In deze context staat LSD voor luisteren, samenvatten en doorvragen.
Neem de tijd om te luisteren en wees geïnteresseerd, maak oogcontact en oordeel niet. Door vervolgens samen te vatten (“dus als ik je goed begrijp…”) wat er is gezegd, laat je merken dat je hebt geluisterd en toon je betrokkenheid. Vraag waar mogelijk door, zonder er direct overheen te denderen met je eigen visie. Je hebt als coach immers de wijsheid niet in pacht en de voetbalsport niet uitgevonden.
Feedback geven en ontvangen
Feedback is niet hetzelfde als kritiek, het heeft een voedende intentie en maakt de andere bewust van gedrag. Geef je feedback vooral in de ik-vorm en blijf bij de feiten. Probeer een afspraak te maken over wat anders kan/moet.
Een zeer effectief model voor feedback (niet in het boek beschreven) is het OEPS-model:
- Observatie: deel je observatie, zonder oordeel, puur feiten
- Effect: spreek je gevoel uit over het effect dat de observatie op je had
- Pauze: vraag om een reactie, herkent de ander je observatie?
- Suggestie: zoek samen naar een oplossing
Ook kan het heel goed zijn om feedback te vragen. Bijvoorbeeld aan je spelers of anderen rondom het team, hoe ziet men jou als trainer/coach? Bereid je dan wel voor, naast positieve feedback, op zaken die minder leuk zijn om te horen, maar dat zijn juist enorme kansen. Bedank de ander voor de feedback, ook bij opbouwende feedback, het vergt moed om kritisch te zijn naar mensen met leidinggevende functies.
Niks doen
Heerlijk, even helemaal niks doen. Op z’n tijd kan het heel waardevol zijn om eens helemaal niks te doen. Van afstand observeren hoe een groep samenwerkt bijvoorbeeld, of juist niet. Worden spullen opgeruimd na een training als je geen initiatief neemt, wordt feedback van elkaar geaccepteerd op het veld of in de kleedkamer? Wat vertellen je observaties? Leun achterover en kijk hoe dingen gaan. Met nieuwsgierigheid en met vertrouwen in mogelijkheden.
Wat mij betreft zou ook in een trainerscursus van de KNVB meer aandacht mogen zijn voor de verschillende rollen van de coach.