Deze oefenvorm is een positiespel met een mooi extra element. Er kan namelijk gescoord worden door ruimte achter de verdediging te benutten.
Het spelprincipe
Het spelprincipe dat centraal staat deze oefening is: het benutten van de ruimte achter de verdediging. In mijn ogen is diepgang zonder bal één van de meest effectieve manieren om tot (goede) doelkansen te komen. En als je in het laatste kwart van het veld diep wordt gestuurd (bij voorkeur in de as), hoef je niet eens een snelle speler te zijn om tot een doelpoging te komen, je bent immers al heel dicht bij het doel.
De tekening
In de tekening zie je een rechthoekig vak waarin een positiespel wordt gespeeld: 5 rode spelers, 5 gele spelers en 3 blauwe spelers. Op enige afstand staat een doel met keeper. De bovenste lijn van de rechthoek zou bijvoorbeeld  tijdens de training prima de zestienmeterlijn kunnen zijn.
De oefenvorm
In de rechthoek wordt een positiespel gespeeld 5 tegen 5 plus 3 (blauwe). Blauw hoort dus bij de balbezittende partij. Nadat het balbezittende team 5 keer achter elkaar heeft rondgespeeld, mag er een steekpass richting het doel gegeven worden (dus via de zijde van de rechthoek waar geen blauwe staat). Op deze manier wordt de ruimte achter de verdediging benut. De speler mag pas ná de bal buiten de rechthoek komen (buitenspel), dus eerst wordt de pass gegeven, dan zal de speler er achteraan moeten. Een speler mag niet uit het vak dribbelen naar het doel.
Stel dat het gele team inmiddels 5 keer heeft rondgespeeld, dan is de onderstaande situatie wat je graag wil zien. De zwarte lijn is een passlijn, de rode lijn een loopactie zonder bal.
Coaching
Afgezien van waarnemen of het positiespel goed verloopt gaat het vooral om het benutten van de ruimte achter de verdediging, aandachtspunten:
- De kwaliteit van de steekpass, niet te hard/zacht en in de loop van de diepgaande speler
- De kwaliteit van de loopactie: hoe biedt de speler zich aan en staat hij niet buitenspel
- De kwaliteit van de afwerking: worden er doelpunten gemaakt? Er dient ‘wedstrijdecht’ te worden afgewerkt, dus de keeper probeert ook ‘wedstrijdecht’ doelpunten te voorkomen.
Variaties
Enkele mogelijke variaties:
- Meer/minder neutrale spelers. Als het positiespel niet goed verloopt en er geen kansen gecreëerd worden: maak het overtal groter door met meer neutrale spelers te spelen.
- Variëren met het aantal keren rondspelen voordat er diepte gezocht mag worden. Belangrijk is dat er voldoende kansen gecreëerd worden, uiteindelijk wil je kansen/doelpunten zien.
- De rechthoek verder van het doel afzetten of de vorm aanpassen (vierkant/cirkel).
- Een verdediger toelaten om de diepgaande aanvaller onder druk te zetten.
- Vanzelfsprekend is het leuk om de score bij te houden.
De oefening kan ook eenvoudig met andere aantallen gespeeld worden.
Heb je vragen/opmerkingen? Laat het me gerust weten!
Veel plezier met deze oefenvorm!
Leuke oefening.
Geef ik ook al geruime tijd.
Ik noem het de killer pass en killer run.
Of de Kevin de Bruyne pass.
Top oefening Eduard
We zouden dan hier liever zeggen de Wesley Sneijder-pass 😉