Pass/trapvorm ‘de dubbele driehoek’

Deze oefenvorm is een eenvoudige pass/trapvorm vanuit een dubbele driehoek. Pass/trapvormen gebruik ik vooral als verlengde van de warming-up.

De tekening
In de tekening zie je twee driehoeken van pionnen, de driehoeken staan met de punt op elkaar (1,2,3 oranje en 4,5,6 groen). De zwarte lijnen zijn passlijnen, de rode stippellijnen zijn looplijnen. De eerste tekening is de startfase waarin bal heel eenvoudig van 1 naar 2, 2 naar 3 etc. gaat. Spelers lopen de ingespeelde bal achterna. De laatste tekening is de eindfase van de oefening waarin stapsgewijs het kaatsen is toegevoegd. Bij pion 1 en 4 ligt een bal, vanaf die pionnen kan gestart worden. Bij voorkeur start je dus met 2 ballen zodat spelers zo weinig mogelijk stilstaan en veel balcontacten hebben.

De oefenvorm
De vorm loopt in de eindfase als volgt, zie de grafische weergave hieronder:

• 1 → 2
• 2 → 1
• 1 → 3
• 3 → 2
• 2 → 3
• 3 → 4
• 4 → 5
• 5 → 4
• 4 → 6
• 6 → 5
• 5 → 6
• 6 → 1

Gedurende de hele oefening blijven de spelers de nummering van de pionnen normaal aflopen.

Coaching
De oefenvorm kan je als volgt stapsgewijs opbouwen:

• Start zoals beschreven van 1 → 2 etc. volgens de 1^e tekening
• Voeg de 1^e kaats toe (bij 1,2 en 4,5).
• Voeg de 2^e kaats toe (bij 3,4 en 5,6).
• Optie: toevoegen 3^e kaats tussen 3, 4 en 6, 1.
• Dan volgen de details zoals vooracties maken, vragen om ballen, juiste been inspelen, nacoachen van passes, opengedraaid aannemen en inspelen/doorbewegen.
• Laatste stap is in de andere richting spelen dus starten bij 3 → 2 en bij 6 → 5 en in tegengestelde richting de vorm afwerken.

Heb je vragen/opmerkingen? Laat het me gerust weten!

Veel plezier met deze oefenvorm!